Op
zondag 19 oktober deed ik voor de tweede keer mee aan de marathon van
Amsterdam. Ik prefereer deze marathon boven de marathon van Rotterdam. Ten
eerste omdat je kunt trainen in de zomer met mooi weer en omdat het ’s avonds
lang licht is. Ten tweede omdat de weersomstandigheden om een marathon te lopen
medio oktober beter zijn dan medio april. De zonkracht is lager en mocht het
toch een warmere dag zijn dan ben je er beter aan gewend dan medio april. De
publieke belangstelling in Amsterdam kan nog niet tippen aan dat van Rotterdam
maar ook dat zit in de lift.
De voorbereiding
De voorbereiding bestond voornamelijk uit kilometers vreten in D1 tempo
(80% vd kilometers), af en toe wat sessies met marathonblokken (2 x 5 km, 3 x 5
km, 4 x 5 km op marathonpace) en trainen bij de loopgroep. Zo liep ik in
augustus gemiddeld 100 kilometer per week en in september 75 km per week. Ook
nam ik in de voorbereiding een paar keer deel aan wedstrijden. Ik liep in
Winschoten 37.57 op de 10 kilometer en in Rolde op de halve marathon in 1 uur
26 minuten. Eigenlijk precies zoals gepland en verwacht. De doelstelling voor
de marathon was 3 uur en 5 minuten en op basis van de 10 km en halve
marathontijd realistisch.
Tegenslag
Helaas kreeg ik in de week voorafgaand aan de marathon griepachtige
verschijnselen. Ik zat laag in de energie. Op advies van Géon nam ik vanaf
woensdag iedere dag een gembershot (ontstekingsremmend) en ook de bietensap
kwam weer op tafel. Wellicht zou ik door deze wondermiddelen op tijd hersteld
geraken. Op zaterdag ging het iets beter maar ik had niet het gevoel dat ik op
het toppen van mijn kunnen kon presteren. Mijn doelstelling voor de marathon
werd om de medaille uit Amsterdam mee naar huis te nemen en te lopen op een
pace voor een eindtijd 3 uur 30 minuten voor zolang als dat zou gaan.
Raceday
Om 9.07 uur werd ik losgelaten voor het avontuur van 42 kilometer en 195
meter. Met een graad of 8 en windkracht 3 was het ideaal loopweer. Ik werkte de
kilometers af in 4.50/km en het ging best goed. Bij 9 kilometer begon ik zwarte
vlekken te zien. Bij de verzorgingspost op 11 kilometer twee stukjes banaan
gehad en daarna zag ik gelukkig weer scherp. Langs de Amstel vanaf 15 km kwam
ik bij Jeffrey en Femke. Een stukje met hun opgelopen, zij zaten net als ik op
dat moment lekker in de wedstrijd. We hadden tegenwind dus ik besloot achter
brede ruggen te kruipen om energie te sparen. Tot 34 kilometer kon ik steady
doorlopen op tempo 4.50/km. Vanaf daar kreeg ik zware benen en werd het
overleven. Het tempo nam af van 4.50/km naar 5.15/km naar 5.35/km. In het
Vondelpark bij 40 km was ik er even klaar mee en heb ik 3 minuten gewandeld.
Bij het verlaten van het Vondelpark is het nog 1600 meter. Daar heb ik mezelf
een schop onder de kont gegeven om dit laatste stuk in looppas af te leggen. Uiteindelijk
finishte ik na 3.33,57 en kreeg ik een prachtige medaille omgehangen.
Blij en tevreden dat ik toch mee heb gelopen en de finish heb weten te halen.
Wat ik verder nog opvallend vond is dat hardlopend Nederland telefoon verslaafd
is. Het was lastig om het Olympisch stadion uit te komen. Ik werd koud en wilde
naar mijn bagage buiten het stadion. De
doorstroming stokte. Bijna iedereen was bezig met selfies maken, vlogs opnemen,
activiteiten uploaden en kudo’s geven.
Tegen deze lopers wil ik zeggen, geniet na de finish ook eens van de offline
omgeving en leg dat scherm eens weg.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten